Mosulu_lijst
(654) Moshulu (olieverf op paneel 40 x 30 cm)(niet beschikbaar)
Moshulu

Deze stalen viermast bark is onder de naam Kurt in 1903 gebouwd door William Hamilton & Co te Port Glasgow, Schotland  voor rekening van G.H.J. Siemers & Co uit Hamburg. De tewaterlating vond plaats op 18 april 1904 en in juni van datzelfde jaar werd de Kurt opgeleverd. Het schip werd voornamelijk ingezet voor het vervoer van nitraat tussen Zuid Amerika en Europa. Haar eerste reis was tussen Santa Rosalia (Mexico) en Valparaiso (Chili).
Waterverplaatsing: 7000 ton
Lengte over alles: 121 m
Lengte over dek: 109 m
Lengte tussen de loodlijnen: 102,2 m
Breedte: 14,3 m
Hoogte tussen kiel en top: 65 m
Hoogte tussen dek en top 56 m
Diepgang: 8,5 m
Holte ruim: 8,1 m
Zeilplan: 34 zeilen met in totaal 4.180 m zeiloppervlakte
Snelheid: hoogste gemeten snelheid 17 knopen
Bemanning 35 koppen (max)

Geschiedenis:
1904 – 1914 ingezet voor het vervoeren van: steenkool van Wales naar Zuid Amerika; nitraat van Chili naar Duitsland; steenkool van Australië naar Chili; cokes en olie van Duitsland naar Santa Rosalia (Mexico)
1914 Opgelegd te Astoria (Oregon USA)
1917 Gevorderd door de Amerikaanse overheid en overgedragen aan de U.S. Shipping Board; herdoopt in Moshulu. Het schip werd ingezet voor vervoer van wol en chroom tussen Noord Amerika, Manila en Australië.
1920-1922 in dienst van de Moshulu Navigation Co (Charles Nelson & Co) te San Francisco
1922 Verkocht aan James Tyson uit San Francisco en datzelfde jaar weer teruggekocht door Charles Nelson.
1920-1928 ingezet voor het vervoer van hout tussen de westkust van Amerika en Australië resp. Zuid Afrika.
1928 Opgelegd te Los Angeles; later verplaatst naar Seattle resp. Washington Lake Union en Esquimalt (British Columbia)
1935 Aangekocht door de bekende Finse reder Gustaf Erikson om te worden ingezet op het vervoer van graan tussen Australië en Europa.
Eind 1938 vertrekt het schip de haven van Belfast met bestemming Port Lincoln en Port Victoria (Australië) met aan boord de 18 jarige Eric Newby.
10 juni 1939 Na een reis van 91 dagen arriveert de Moshulu te Queenstown, Ierland en wint daarmee de laatst gehouden race tussen Australië en Europa met vierkant getuigde schepen. Naar aanleiding van deze reis is door Eric Newby het zeer lezenswaardige boek: ‘De Laatste Graanrace’ geschreven.
1940 Na aankomst te Kristiansand, Noorwegen met een lading graan uit Buenos Aires wordt het schip door de Duitsers in beslag genomen en daarna geleidelijk van haar tuigage ontdaan.
1947 gekapseisd in de buurt van Narvik (Noorwegen);
1948 na verwijdering van de masten geborgen en naar Bergen gesleept waarna het schip wordt verkocht aan Tryge Sommerfeldt te Oslo. Na een paar maanden wordt het schip verkocht aan Zweden om dienst te doen als drijven graanpakhuis.
1952 verkocht aan de Duitse scheepseigenaar Heinz Schliewen; hij wilde er een opleidingsschip voor de koopvaardij van maken maar dat plan is niet doorgegaan omdat Schliewen failliet ging
1953 Moshulu werd verkocht aan de Svenska Lantmännens Riksförbund te Stockholm om opnieuw te worden ingezet als drijvend warenhuis.
1961 Moshulu wordt aangekocht door de Finse overheid en versleept naar Naantali om te worden ingezet als graanpakhuis.
1970 aangekocht door de Specialty Restaurant Corporation en versleept naar South Street Seaport Museum te New York; later versleept naar Penns Landing waterfront te Philadelphia PA.
Het schip wordt vanaf 2003 geëxploiteerd door de SCC Restaurants LLC